Planmatig draingaten steken spaart plant en water

Gert Jan Goes
28 maart 2019

Wanneer een substraatteelt goed wordt gestart, komt dat de gewas- en wortelontwikkeling direct ten goede. Het steken van draingaten verdient in dit verband extra aandacht, betoogt technisch specialist Gert-Jan Goes van Grodan. “Voor onze matten adviseren wij om dat in twee stappen te doen. Het bevordert een gezonde inworteling, leidt tot uniformere groei in de beheersfase én het geeft veel minder water dat hergebruikt of gezuiverd moet worden.”

Er is een duidelijke trend zichtbaar in de hoogte van steenwolmatten. Voorheen was een mathoogte van 7,5 cm gebruikelijk, maar tegenwoordig is in veel teelten 10 cm de norm. Vooral sinds de introductie van de Next Generation 2.0 technologie gaan de ontwikkelingen hard, stelt Gert-Jan Goes vast. Voor alle gewassen zijn inmiddels hoge, gewasspecifieke matten beschikbaar.

De toplaag van de moderne matten is vochtiger en geeft een goede aansluiting met het opkweekblok. Hierdoor kan echter, vooral in combinatie met een hogere steenwolmat, de zuigkracht van de mat op het plantblok groter zijn. Het leegtrekken van het plantblok was en is de reden waarom direct na het planten tot het moment dat het jonge gewas is ingeworteld meermaals per etmaal moet worden gedruppeld. “Wij hebben ervaren dat het beter is om de mat na het verzadigen niet in één keer, maar in twee fasen uit te draineren”, aldus Goes.

Aanpak in kort bestek

  • Matten tenminste 24 uur verzadigen met een voldoende hoge EC.
  • Gat boven sealnaad steken (pre-drain), mat draineert voor 1/3 uit; blok op plantgat plaatsen.
  • Eerste paar dagen 1, maximaal 2 druppelbeurten per dag.
  • Kraan dicht zodra de eerste wortels circa 2 cm zijn ingeworteld.
  • Maak de definitieve draingaten wanneer de eerste matten bijna zijn leeggedronken (4–14 dagen).

Beter voor de plant

Door de mat in eerste instantie beperkt te draineren, blijft de toplaag van de mat vochtig. De resterende waterlaag heft de zuigkracht op het opkweekblok op, waardoor deze niet direct wordt drooggetrokken. Na enkele dagen is de inworteling voldoende gevorderd en kan de kraan helemaal worden dichtgedraaid. Wortelvorming vindt plaats boven de dalende waterlaag. Het is belangrijk om beslist niet te irrigeren zolang de definitieve draingaten niet zijn gestoken. Daarmee stijgt immers het waterniveau in de mat en komen de wortelpuntjes onder water te staan.

“Wij hebben vastgesteld dat deze aanpak resulteert in een betere aansluiting tussen blok en mat en een gezondere ontwikkeling van een fijn en vertakt wortelgestel”, vervolgt Goes. “Bovendien is het watergehalte in de matten uniformer zolang er een laagje water in staat. Dit vertaalt zich ook in een uniformer vervolg van de beheersfase.”

Minder zuiveringswater

Vanuit substraat-technisch perspectief is er geen reden het eerste drainwater te lozen. Er zitten immers geen plantonvriendelijke stoffen in. Veel telers willen dit water echter niet hergebruiken. Het jonge gewas is in de donkerste maand van het jaar namelijk uiterst gevoelig, ook voor achtergebleven gewasbeschermingsmiddelen en desinfectantia vanuit de vorige teelt of teeltwisseling. Wanneer de teler het eerste drainwater liever wil lozen dan (in een later stadium) hergebruiken, dient hij dit eerst te zuiveren. Het opvangen, ontsmetten en zuiveren van zo’n ‘first flush’ legt een behoorlijke druk op de opslag- en reinigingscapaciteit. Ook daarom is de planmatige aanpak die de technisch specialist adviseert zo gek nog niet. In eerste instantie hoeft de teler slechts 1/3 van de hoeveelheid drainwater te verwerken en daarvoor is de capaciteit doorgaans groot genoeg, zeker in combinatie met de toegenomen verwerkingstijd. Wanneer het tweede draingat gestoken wordt, hebben de planten al zoveel water gebruikt dat de hoeveelheid drainwater minimaal is.

Silo’s reinigen

“Bijkomend voordeel van deze aanpak is dat de teler meer tijd krijgt om zijn silo’s te reinigen”, merkt Goes op. Hij sluit af met een laatste tip: “Als je de teeltgoot voor het plaatsen van de matten afdekt met folie, koeken er minder snel mineralen, gewasresten en algen aan vast. Het schoonmaken tijdens de teeltwisseling gaat dan een stuk vlotter. Dergelijke vuilkoeken kunnen ook een broedplaats worden van ziekten, dus voorkomen is beter dan genezen.”

20190110 GR PHO 301
1/1

Meer informatie

Laatste nieuws